Onze collega's

"Ik ben toch wel trots dat ik als stagiair ben begonnen en in korte tijd een mooie carrière heb opgebouwd."

Noa Overduijn Toezichthouder Wmo en Jeugdwet

In dit interview vertelt Noa Overduijn (25) over haar carrière bij de gemeente Almere. Wat begon als een stage vanuit haar studie Sociaal Juridische Dienstverlening, groeide uit tot een veelzijdige carrière binnen de gemeente. Inmiddels werkt ze al ruim vijf jaar bij de gemeente en is ze sinds een halfjaar toezichthouder voor de Wmo en de Jeugdwet binnen de afdeling Werk en Inkomen. 

Hoe ben je bij de gemeente Almere terechtgekomen? 
“Ik heb Sociaal Juridische Dienstverlening gestudeerd en moest in mijn derde jaar tien maanden stagelopen. Dat zette me aan het denken over wat ik leuk vond. Ik twijfelde over de studie, maar de zorgkant, vooral de Wmo, sprak mij aan. Mijn opleiding richtte zich meer op schuldhulpverlening, jobcoaching, bemiddeling of mediation, maar ik wilde iets anders. 

In eerste instantie keek ik op verschillende plekken rond voor een stage, maar uiteindelijk kreeg ik de tip om bij de gemeente te kijken, waar ze ook werken met de Wmo, bijvoorbeeld als Wmo-consulent. Ik heb toen een open sollicitatie gestuurd en zo is het balletje gaan rollen.” 

Wat sprak je het meest aan in de organisatie?  
“Ik had een open sollicitatie ingestuurd en wat ik erg fijn vond is dat de organisatie echt met mij meedacht. Ik was op zoek naar de rol van Wmo-consulent, dus meer richting de uitvoering. Dit sloot niet voldoende aan op mijn juridische studie. Uiteindelijk werd het een combinatie: twee dagen meelopen met een beleidsadviseur en twee dagen met een Wmo-consulent. 

Die combi vond ik erg leuk. Door mijn juridische opleiding vond ik het interessant om iets mee te krijgen van beleid, verordeningen en processen. Tegelijkertijd zag ik ook de uitvoering: ik ging mee op huisbezoeken en schreef onderzoeksverslagen,echt het werkveld in. Deze combinatie maakte dat wat ik in de praktijk tegenkwam gelijk kon meenemen naar de beleidskant. Wat ook prettig was, is dat ik me geen stagiair voelde. Ik werd overal bij betrokken en hoorde er echt bij.” 

Hoe zag jouw stage eruit? 
“Ik had twee stagebegeleiders: één vanuit beleid en één vanuit de uitvoering. Op de dagen dat ik meeliep met de uitvoering beoordeelde we Wmo aanvragen. Zo ging ik mee op huisbezoeken, voerde ik keukentafelgesprekken met inwoners, rapporteerde ik in onderzoeksverslagen en maakte ik de beschikkingen op. 

Bij beleid waren we meer bezig met projecten, vergaderen met interne collega’s en externe partijen en het aanpassen van de verordening en nadere regels. Ik las beleidsstukken, dacht mee en schreef mee aan stukken voor de wethouder. Beleid was veel vergaderen, uitvoering meer doen, maar altijd samen met de begeleider, echt in het werkveld.” 

Wat vond je het meest waardevol aan je stage? 
“Vooral de gesprekken met mensen hebben me veel geleerd. Ik was negentien jaar en best verlegen toen ik begon aan mijn stage. Tijdens mijn stage maakte ik veel verschillende situaties mee en voerde ik gesprekken met mensen die blij met je zijn, maar ook met mensen die dat minder waren. Daar leer je echt van. Je leert omgaan met mensen én samenwerken met collega’s. Ik ben daarin echt persoonlijk gegroeid.” 

Waarom besloot je om bij de gemeente te blijven werken? 
“Omdat ik het heel erg naar mijn zin had. Na mijn stage ben ik als Wmo-consulent aan de slag gegaan, dus de uitvoeringskant. Daarna werkte ik ook een paar jaar als beleidsadviseur, kanten die ik tijdens mijn stage al had gezien. Het team bestond uit leuke mensen, het werk was uitdagend en afwisselend, de gemeente biedt goede arbeidsvoorwaarden.Daarnaast woon ik in Almere en vind ik het leuk om voor mijn eigen stad, dichtbij huis, te mogen werken. De stage beviel zo goed dat ik hier graag wilde blijven werken.” 

Wat is het grootste verschil tussen je stage en je huidige functie? 
“Ik heb nu ondertussen een andere functie dan tijdens mijn stage, maar na mijn stage heb ik beide functies wel uitgevoerd die ik toen heb leren kennen. Als Wmo-consulent kwam het werk behoorlijk overeen met wat ik als stagiair al deed, namelijk het voeren van keukentafelgesprekken, rapporteren in de systemen en besluiten nemen. Het verschil zat vooral in de verantwoordelijkheden, als stagiair had ik altijd een colleganaast mij staan. 

De functie van beleidsadviseur was na mijn stage wel anders. Ik had veel kennis opgebouwd van de inhoudelijke materie, maar ik had minder kennis opgedaan van het politieke en bestuurlijke proces.Daarnaast had ik veel meer verantwoordelijkheden.’’ 

Welke les neem je mee in je huidige werk? 
“Ik kan niet echt één specifieke les opnoemen, maar ik heb heel veel geleerd, zowel inhoudelijk als persoonlijk. Ik deed veel kennis op van de materie en kreeg levenservaring door het contact met mensen. Mijn twee stagebegeleiders waren collega’s met veel kennis, van wie ik veel heb opgestoken. Ik heb me als persoon én in mijn werk echt ontwikkeld.” 

Waar ben je het meest trots op?  
“Ik ben toch wel trots dat ik als stagiair ben begonnen en in korte tijd een mooie carrière heb opgebouwd, ik heb echt stappen kunnen maken. Het is wel belangrijk om te zeggen dat het niet vanzelf ging, het was en is nog steeds hard werken. Ik ben niet zomaar van functie naar functie gegaan, omdat ik het niet meer naar mijn zin had. Maar functies kwamen vrij en ik heb de ruimte om door te groeien en mezelf verder te ontwikkelen gepakt. Die combinatie van inzet en kansen maakt mij wel trots.” 

Wat zou je willen meegeven aan stagiairs die hopen door te groeien naar een vaste baan? 
“Blijf vooral jezelf en doe je best. Probeer zoveel mogelijk uit je stage te halen en neem een leergierige houding aan, maar vergeet ook niet plezier te hebben.” 

Hoe zie je jouw toekomst binnen de gemeente?  
“Ik werk nu net een half jaar in deze functie, dus ik verwacht de aankomende jaren lekker hier te blijven. Het werk bevalt mij heel goed, het is eigenlijk de perfecte mix van mijn laatste twee banen, tussen beleid en uitvoering. Die combinatie, samen met de inhoud, past goed bij mij.”